Zonder schrammen vaart niemand wel:

Literair Nederland:
Deze gepubliceerde briefwisseling zou wel eens de geschiedenis in kunnen gaan als een van de laatste in zijn soort in de Nederlandse literatuur. Wie schrijft er immers nog brieven? […] In hun boek Zonder schrammen vaart niemand wel bewijzen Niematz en Dautzenberg hoe betreurenswaardig het verdwijnen van de briefwisseling is als medium om met elkaar van gedachten te wisselen. […] Het bijzondere van deze briefwisseling is dat je Niematz en Dautzenberg niet alleen leert kennen door hun eigen bril, maar ook door die van de ander. Dat geeft een absolute meerwaarde aan het genre. […] Als in een evenwichtig duet dagen Niematz en Dautzenberg elkaar voortdurend uit door te provoceren en te reageren. Het gevolg is een liefdevol duet in woorden. De briefwisseling heeft een prachtige spanningsboog, waarbij het wederzijds respect altijd zorgt voor een fijne inbedding. […] Zonder schrammen vaart niemand wel is een prachtig boek. […] Hoewel het een boek is, waarin de schrijvers niet schromen zich bloot te geven in persoonlijke ontboezemingen, overtijgt het ontegenzeglijk dit niveau. Het gaat over universele waarden waarmee iedereen op zijn eigen manier te maken krijgt, ook al ben je geen schrijver. Door zich kwetsbaar op te stellen krijgt het boek een innemend en soms zelfs ontroerend karakter. Het is een boek om zorgvuldig te lezen, lekker langzaam, en dan nog een keer te herlezen.
[klik hier voor de volledige recensie]


Ogentroost:

De Limburger:
De schoonheid van de schepping. Als in De kleine Johannes van Van Eeden of de natuurlyriek van Gorter, maar dan met de lichtheid en humor van Bomans’ Erik of het klein insectenboek. Prachtig, maar net als je denkt: nu hebben we zo ongeveer alle vlinders of vogels gehad, komt de roman in een overweldigende stroomversnelling. […] Het zal u misschien duizelen, maar dat ligt niet aan het boek, ook niet aan de podcast die erbij hoort. Die zijn van een helderheid die je maar zelden tegenkomt als het gaat om thema’s als tijd en transcendentie. Een wervelend en avontuurlijk boek over eindigheid en eeuwigheid. (****)

Brabant Literair:
A.H.J. Dautzenberg heeft het in zich een groot schrijver te worden, als hij dat al niet is. Zijn uitzonderlijke literaire talent demonstreert hij weer ruimschoots in zijn nieuwe roman Ogentroost. Dautzenberg heeft ook een cabareteske kant en je kunt je afvragen of het een het ander niet in de weg zit. […] In zijn sprookje, waarvan ik lang niet alles kan doorgronden en dat zo bizar is dat je misschien nog een beetje kind moet zijn om er helemaal in te kunnen geloven, is hij volgens mij het meest serieus, ook al is niet helemaal duidelijk wat die boodschap precies is. […] Tussen de regels door komen een aantal maatschappelijke thema’s aan de orde, zoals het zelfverkozen levenseinde en de genderdiscussie. Dat maakt het boek bijzonder actueel. […] Wil hij, toegerust als hij is met beide talenten, Kunst met een grote K bedrijven of is het zijn voornamen een kleinkunstenaar te zijn? Als lezer hoop ik op het eerste, maar door zijn cabareteske kant heb ik, en naar ik vrees andere lezers met mij, de neiging zijn schrijverschap niet helemaal serieus te nemen, Dat vind ik zonde.
[klik hier voor de volledige recensie]

de Volkskrant:
Wat heeft dit nou allemaal te betekenen? Tja, dat is misschien wel de laatste vraag die je over Ogentroost, de nieuwe roman van A.H.J. Dautzenberg moet stellen. Dautzenberg, misschien wel onze meest autonome schrijver, is iemand die geen concessies doet, niet aan maatschappelijke verwachtingen, niet aan literaire wetten en al helemaal niet aan begrijpelijkheid. […] Absurdisme impliceert dat het leven in essentie geen betekenis heeft, maar de schrijver drukt met dit boek juist het tegenovergestelde uit. Ogentroost zit vol betekenis – het gaat over eenzaamheid, angst, liefde, hypocrisie, wokeness en is tevens een adembenemende verbeelding van een psychose – maar de tekst vraagt niet om een verklaring. Dautzenberg lezen is een beetje als naar de sterrenhemel kijken: je kunt het universum proberen te bevatten, er talloze theorieën op loslaten, maar je zult het nooit écht begrijpen.
[klik hier voor de volledige recensie]

HUMO:
‘De buitenwereld knaagt voortdurend aan je binnenwereld,’ zegt een kolibrievlinder ergens. Dat spanningsveld tussen innerlijke beleving en de nietsontziende werkelijkheid is een hoofdthema in Dautzenbergs oeuvre. Na driekwart boek neemt zijn voorliefde voor transgressie het over. […] Vanaf dan gaat de roman ‘lekker Lynchiaans’ over de top. Opeens bevinden we ons in een filmfantasie, het plan van regisseur Alex van Warmerdam om ‘Ogentroost’ van de ‘schrijfster’ Dautzenberg te verfilmen. Verrukkelijk absurd existentialisme voor de avontuurlijke lezer, en een perfect antidotum tegen de zedenprekende tijdgeest. (****)
[klik hier voor de volledige recensie]

Tzum / Leeuwarder Courant / Dagblad van het Noorden:
De volgende Sybren Poletprijs, de prijs voor experimenteel literair werk, zou moeten gaan naar A.H.J. Dautzenberg. Bij hem vind je nooit een keurig aangeharkte roman met navolgbare psychologische plotlijnen. Ook de roman Ogentroost past in dit grillige oeuvre. […] Dautzenberg lijkt wel heel veel thema’s aan de orde te stellen. Van mensen die zich buiten de consumptiemaatschappij situeren, de dood, ouderschap tot schrijvers die transgender zijn. Al doende formuleert zijn literatuuropvatting: ‘De exploitatie ervan staat me tegen, dat zal het zijn. Het verwordt tot amusement, tot talkshowmateriaal. Navelliteratuur. Kunst is er niet om de tijdgeest een opportunistisch opkontje te geven. Eerder het tegenovergestelde. Daarnaast verwijst de schrijver naar religieuze elementen en symbolen uit de literatuur (als een raaf ‘Nooit meer!’ krast, dan veert de liefhebber van Edgar Allen Poe op). Doe er nog wat typisch Dautzenbergiaanse onsmakelijkheden bij en je hebt opnieuw een boek dat zich niets aantrekt van een mogelijk lezerspubliek. Maar wel geschikt is voor een oeuvreprijs voor experimentele literatuur. (***)
[klik hier voor de volledige recensie]