MappaLibri:
Wie het boek uitleest en dichtslaat, blijft aanvankelijk nogal verbluft achter. Het werk doet wat chaotisch aan, zodanig dat de lezer haast concludeert dat Dautzenbergs fameuze experimenteerdrift deze keer toch echt te ver is doorgeschoten, en dat de geĆ«ngageerde auteur met deze roman te veel stellingen wil verdedigen. Maar wie moeite doet, zal in dit boek juist een hechte eenheid en vernuftige structuur ontdekken. […] Het boek is bovendien opgebouwd volgens een tot in minutieus detail uitgewerkt spiegeleffect. De fundamentele dichotomie tussen buiten- en binnenwereld staat nadrukkelijk op de voorgrond, maar wordt verkend met behulp van tientallen andere tegenstellingen. […] Kortom, Dautzenberg opteert rigoureus voor een levenshouding waarbij tegenstellingen niet worden weggewerkt maar juist worden gevierd. […] In sommige passages slaagt Dautzenberg er wonderbaarlijk goed in om de onmacht van de taal auditief en visueel voelbaar te maken. Met name de overgang van p. 145-146 behoort wellicht tot een van de indrukwekkendste passage in de recente Nederlandse literatuurgeschiedenis. […] Ogentroost is een zeer originele roman, met een ijzersterk gevoel voor urgentie en een vleugje jongensdromerij, een verfijning van Dautzenbergs technieken, een logische ontwikkeling binnen zijn oeuvre, een tweelingbroer van zijn roman Wie zoet is. […] Het blijft lonen om Dautzenberg te volgen. Boeken als Ogentroost zijn zeldzaam, veel te zeldzaam, in het hedendaagse Nederlandstalige literaire landschap.

[klik hier voor de volledige recensie]

Neerlandistiek:
In de twaalf jaar sinds zijn officiĆ«le debuut uit 2010, Vogels met zwarte poten kun je niet vreten, heeft Dautzenberg zich verzekerd van een opvallende positie in de Nederlandse letterkunde. […] Het zou onvergeeflijk zijn om Dautzenberg en zijn werk te reduceren tot ophef en relletjes. Dautzenbergs werk op zichzelf is superieur, onnavolgbaar, steeds verrassend en compleet eigenzinnig. En het is vooral zo boeiend – om niet te zeggen: belangrijk of urgent – vanwege zijn nooit aflatende aftasten en overschrijden van de grens tussen literatuur en werkelijkheid. […] Ik huldig het uitgangspunt dat het verschil tussen literatuur en niet-literatuur er mede in zit dat je literatuur niet kunt spoilen. Daar komt bij dat er ook aan Dautzenbergs nieuwe roman in termen van ‘plot’ helemaal niks te spoilen valt. Ik realiseerde me al tikkende dat je voor zijn onnavolgbare boeken misschien de geheel nieuwe term ‘onspoilbare literatuur’ zou kunnen munten. Of misschien beter nog: onnaspoilbare literatuur. […] Zo bleek Dautzenbergs roman, behalve stilistische brille, compositorisch vuurwerk en filosofische verkenningen van taal en werkelijkheid, ook nog eens een ecologische waarschuwing te bevatten die mij anders allicht zou zijn ontgaan.

[klik hier voor de volledige recensie]