Een ontroerde Roda-fan:
Na Roda tegen PEC Zwolle heb ik je boek gekocht. Na het herkauwen van de wedstrijd op Studio Sport ben ik gaan lezen en na de laatste pagina, bij het ochtendgloren, klapte ik het boek dicht. Blijer na een slechte wedstrijd van Roda ben ik nooit geweest. Ik heb mijn vader 16 jaar geleden aan kanker verloren. Met hem ging ik de eerste keer naar Roda in de Eerste Divisie in 1973. Dank voor dit mooie boek.

NRC Handelsblad:
Extra tijd is een bijna pijnlijk direct boek, zonder opsmuk, ongepolijst (…) Als schrijver laat Dautzenberg in Extra tijd eveneens zijn ware gezicht zien, niet alleen door een uiterst persoonlijk verhaal over zijn familie zo expliciet te vertellen, maar ook door te tonen hoe nauw verweven ‘literaire trucjes’ en het echte leven eigenlijk zijn (…) Dautzenberg schaamt zich niet om zich van zijn kwetsbare kant te laten zien, ook al levert dat in literair opzicht af en toe wat zwakkere momenten op. Wat hij daar vervolgens mee doet is dan weer zo meesterlijk en ontroerend, dat er na de laatste bladzijde van Extra tijd geen twijfels meer over Dautzenbergs authenticiteit hoeven te bestaan: dit is een schrijver pur sang. (*****)

De Volkskrant: Na de confrontatie met een schimmige ‘koiboi’ wordt duidelijk dat de verteller helemaal niet zo betrouwbaar is. Dan blijkt de vertelvorm zo ingenieus verwikkeld met het verhaal dat ze elkaar onlosmakelijk complementeren, zoals vorm en inhoud ook in de geschriften van Derrida niet te scheiden zijn. Hoewel Dautzenberg veel minder onbegrijpelijk is dan de hermetische filosoof, want Extra tijd laat zich ook prima als zomerroman lezen: in de zon, koiboi-hoed op, Brand-biertje erbij. Maar Dautzenbergs directe en simpele stijl is misleidend: hij zegt veel meer dan direct opvalt (…) Fictie en werkelijkheid, droom en realiteit blijven diffuus, maar Marcel leert dat de ‘literaire trucjes’ die hij inzet om gevoelens op afstand te houden laf zijn. Hij ontwikkelt zich van een alwetende fantast tot een volwaardige en oprechte ik-verteller (…) Extra tijd is volkomen origineel. Dautzenberg levert een literaire prestatie waartegen de reuring omtrent zijn anonieme nierdonatie en Martijn-lidmaatschap bleek afsteekt. (****)

Tros Nieuwsshow, Ingrid Hoogervorst: Ik verwachtte het zoveelste ironisch machtsvertoon, ik vind ironie als stijlmiddel heel gevaarlijk, maar Extra tijd is een bescheiden boek, autentiek en bij vlagen ontroerend en geestig (…) Dautzenberg schildert een mooi psychologisch dubbelportret van een zoon die zijn verdriet probeert te verbijten en dat alleen kwijt kan in het harnas van de literatuur en zijn vader, een bierdrinkende macho voetbalfan. Roda JC is de lijm die de familie bij elkaar houdt (…) Wat heel goed werkt, naast de voetbalverslagen, is de wonderlijke fantasie van de cowboy als literair middel, een metafoor van de dood.

De Groene Amsterdammer:
Dautzenberg maakt Marcels angst levendig en invoelbaar genoeg om de lezer zo ver te krijgen dat hij hem wil volgen, het geeft Extra tijd zijn niet te missen urgentie (…) Als Marcel een antwoord schuldig blijft op de vraag: ‘Mijn vader gaat dood, wat moet ik doen’, dan is dat ook omdat hij de vraag niet echt onder ogen durft te komen (…) Zonder fictie kan hij de werkelijkheid niet aan. Je ontkomt niet aan het idee dat Dautzenberg voor het eerst een roman heeft geschreven over een ongemakkelijke vraag waar hij zelf geen antwoord op heeft.

Het Parool:
De beschrijving van de laatste avond en de laatste levensdag van de vader is sterk. En zo heeft met Extra tijd het geslaagde gevecht van Roda JC tijdens de nacompetitie van het seizoen 2008/2009 een plek gekregen in de Nederlandse literatuur. En zal het optreden van spelers als Kah en Sektioui voor altijd verbonden zijn aan de laatste weken van Gustaaf Meulenberg, de vader van de dichter Marcel Meulenberg (****)

Financieel Dagblad:
Als we even aan liefde en seks voorbijzien, is rouwverwerking met voorsprong het drukst beoefende thema van de literatuur. Daarbij spant de rouw van zonen om dode vaders de kroon. Wat dat betreft biedt A.H. J. Dautzenberg, Nederlands snelst aanstormende romancier, niets bijzonders. Het nieuwe van zijn roman Extra tijd zit hem in de combinatie met de dienst aan Koning Voetbal (…) Met zijn mix van galgenhumor en oprecht verdriet is Extra tijd een gaaf voorbeeld van het lach- en traangenre.

Limburgs Dagblad:
Het is een requiemroman zoals Tonio van A. F. Th. van der Heijden. Bij allebei de wil om de tijd op te heffen. Ultiem doel van alle kunst (…) Als pa weet dat hij gaat sterven, speelt de club in mei/juni 2009 een serie wedstrijden om te overleven. Dautzenberg koppelt deze serie metaforisch aan het uitgesteld sterven van de vader. Je moet maar durven, maar hij slaagt glorieus in deze force majeure (…) Absolute vondst is een reeks foto’s en filmfragmenten. Stills om de dood de ‘stillen’ en de tijd stil te zetten, maar ook om het verhaal naar en andere dimensie te tillen: die van de lezer. Die weet ook van leven en dood. Extra tijd is een ode aan een vader en diens generatie arbeiders, klaagzang en lofzang tegelijk op de Oostelijke Mijnstreek, maar bovenal een bewijs van meesterschap van de schrijver A.H.J. Dautzenberg. (****)

De Standaard der Letteren:
De Nederlandse proza-vernieuwer A.H.J. Dautzenberg heeft een nieuw boek, over euthanasie, mannelijkheid en hoe je emoties te ontwijken (…) Ook al waren zijn eerste twee boeken meer dan interessant, ze werden overschaduwd door ’s mans mediastrapatsen (…) In Extra tijd, Dautzenbergs nieuwe, is het spel met feit en fictie zonder meer ingenieus. Dit keer gebeurt de overlapping van feit en fictie ín de roman zelf. Er zijn dus geen interviews in talkshows over nierdonatie meer nodig: alles gebeurt tussen de kaften van het boek (…) Geen wonder dat Marcel Möring Dautzenberger laatst één van de spannendste schrijvers van dit moment noemde: wat de auteur hier uithaalt, is inderdaad een spectaculair kunstje (…) Extra tijd heeft alles om indrukwekkend te zijn, maar het leest als de handleiding van een keukenrobot (…) Dat hij hiermee een breed publiek gaat bereiken, is twijfelachtig. Eerder maken we hier de geboorte mee van een nieuwe Gerrit Krol of Willem Brakman. (***)

Nederlands Dagblad:
Het gevaar komt van de vorm van Extra tijd, die is experimenteel. Origineel en leuk gevonden is het bundeltje gedichten van Marcel dat als aparte bijlage in het boek zit. Het verst gaat de perspectiefwisseling halverwege het boek (…) Op zich aardig gevonden, maar Dautzenberg vergaloppeert zich door het verhaal dan verder te schrijven in de vorm van een absurdistisch filmscript. De beelden die de lezer krijgt te verstouwen, zijn ietwat te veel van het goede (…) Een experiment kan ook te gevaarlijk worden.

Brabants Dagblad:

Het duurt even voor je als lezer de noodzaak van ‘Extra tijd’ gaat voelen, maar tegen het einde van vaders leven, tevens het einde van het boek, voel je die noodzaak tot op je botten; dan moeten er brokken uit kelen, knopen open, willen er zuchten naar buiten. Want vader wil dood, hij wil dolgraag dood. Het leidt tot huiveringwekkend mooie passages.

Knack:
Ondertussen dwaalt er voor de ogen van Marcel nu en dan een schimmige cowboy rond, als een wraakzuchtige schaduw van de vader, als voorbode van de dood, maar vooral als graadmeter van zijn eigen geestelijke verwarring. Eigenlijk is die verklede vogelverschrikker vooral ergerlijk. Niet dat deze roman bij momenten niet schittert in ingehouden romantiek. De dood van de vader is er een om het hoofd voor te buigen. Zuinig beschreven, zuinig beleefd. Een scene om in te kaderen. Nu nog die cowboy lozen.

De Contrabas:
De roman is het voertuig van wat een schrijver wil zeggen. Omdat de meeste romanciers helaas niets te melden hebben, blijven de meeste romans flets, saai en nietszeggend. Dat geeft overigens niet. Ik zou er alleen niet zo gauw een crisis in willen ontwaren, een crisis die de roman treft. Het is nu eenmaal zoals het is, en waarschijnlijk was het nooit anders en zal het ook nooit anders zijn. Daarom moeten we, wij, de lezers, de uitzonderingen koesteren. Extra tijd is zo’n uitzondering. Een monument gehouwen uit de taal.

Brands met boeken:
Met Extra tijd schetst A.H.J. Dautzenberg niet alleen een persoonlijk portret van zijn vader. Hij laat ook zien hoe het is om op te groeien in een klassiek arbeidersgezin in de Oostelijke Mijnstreek, een regio in Zuid-Limburg waar men met een collectief minderwaardigheidscomplex lijkt te kampen. Hoe kun je je daarvan bevrijden? (…) Een mooie, ontroerende roman.

Trouw:
Rob Schouten was vorig jaar in zijn recensie van Dautzenbergs roman Samaritaan benieuwd welke kant de schrijver zou opgaan: die ‘van het schokkende amoralisme waarmee hij begon, of die van het onderkoelde cynisme’. Extra tijd lijkt sterk autobiografisch: de naderende dood van de vader van de hoofdpersoon leidt tot veel gepeins over het gezin van herkomst (sic!). De roman begint behoorlijk conventioneel, maar bevat ook veel filmfragmenten. Los bij het boek krijg je de dichtbundel geleverd die hoofdpersoon Gustaaf (sic!) Meulenberg heeft geschreven.

Opium, Radio 1:
Een mooie en vooral ontroerende roman.

Hanta:
Er is over A.H.J. Dautzenberg al veel gezegd en geschreven, maar daaruit bleek lang niet altijd dat hij schrijver is en hoe goed hij als in die hoedanigheid is. Zowel veel ruwe bolsters heeft ook Dautzenberg een klein hartje en met dat kleine hartje heeft hij zijn vader (en zijn hond) liefdevol de literatuur in geschreven. Hoewel hij het autobiografische verrijkt met vorm – de parallelle lijn tussen het einde van de competitie en het einde van het leven; de dood die in de gedaante van een koiboi de zoon het onvermijdelijke blijft herhalen, blijft Extra tijd een precieze verbeelding van een weg naar het einde. Dautzenberg heeft het uiteindelijk niet zo heel veel mooier of abstracter opgeschreven dan het in werkelijkheid was, maar zoals het opgetekend is, is het meer dan het verhaal van één van vader en een zoon en nog een zoon.

Christelijk Weekblad:
Het vuur dat achter Extra tijd brandt, heet dan ook gewoon evangelie: “In dit alles zijn wij meer dan overwinnaars.” Extra tijd kun je zien als een seculiere opstandingsroman: Het geloof in Christus is immers het ultieme parallelverhaal, dat onze banale belevenissen in een ander licht zet (…) Het is alsof een onzichtbaar iemand een kruis slaat boven het verhaal (…) In deze roman zijn de passie van een Kerkradenaar die leeft voor zijn club, en de machteloze fantasieen van zijn zoon – die op zichzelf een nederlaag zijn, in een onzichtbaar gebaar tussen schrijver en lezer op een hoger plan getild.

Zwart Goud:
Het is een onsentimenteel adieu aan de aan kanker overleden vader van Marcel, en tegelijkertijd een nostalgische blik op het Kerkrade van Roda JC (…) Extra tijd treft doel dankzij de literaire vervlechtingen waarin de hoofdpersoon terecht komt. Extra tijd is een familieportret, bijna-streekroman en kroniek van een naderende dood (…) Het dichtbundeltje achterin is een monument van soberheid; het maakt de gebeurtenissen in het verhaal extra wrang. De scenes, situaties en dialogen draag je na lezing nog lang met je mee. Herjodstsakker!

Boek:
Dautzenberg trekt de literaire trukendoos open om te laten zien hoe zijn hoofdpersoon – duidelijk een alter ego van hemzelf – dichter bij zijn vader probeert te komen (…) Deze trucjes maken Extra tijd interessant. Toch is de roman niet overtuigend, omdat de afstandelijkheid ook overslaat op de lezer.

Recensieweb:
Het is mooi om te lezen hoe Dautzenberg het lot van de vader en de voetbalclub met elkaar verweven heeft (…) Dautzenberg kiest voor een verstilde weergave van het verhaal; Marcel neemt gelaten en emotieloos de gebeurtenissen waar en krijgt hierdoor te weinig relief. Een wat hoekiger of rauwere stijl zou hem meer concreter hebben gemaakt (…) Extra tijd toont wel dat grote vragen over menselijk contact heel goed in een kleine setting van een sociaal lage en provinciale omgeving tot hun recht komen. (***)

L.H. Wiener:
Ik heb Extra tijd gelezen en mag je er wel mee complimenteren. Het zal ongetwijfeld hoge ogen gaan gooien in de jaarlijkse nominatie-kermis. Het onderwerp ligt ‘lekker’ en het is een ontroerende roman, van hoog literair gehalte (…) De cursief gedrukte sportcommentaren werkten aanvankelijk heel authentiek en grappig, maar krijgen in het slotcommentaar, wanneer Marcel er niet langer in slaagt een Indiaan te zijn, een fenomenale schrijnende werking (…) De freudiaanse, mythologische figuur van de cowboy is een vondst, past geheel in de traditie van het kijken naar Westerns en is een ‘mooie’ knipoog naar de ‘Indiaan’. Beiden strekken Marcel ten voorbeeld. Er heerst een ingewikkelde spanning tussen die drie. Mutual enemies zijn zij niet, want ze hebben teveel gemeen, maar tot één figuur versmelten zullen zij nooit.

Brabant Cultureel:
Een prachtig en indringend boek, waarin de schrijver zich zó bevattelijk presenteert, dat je je als buitenstaander soms gegeneerd voelt (…) Extra tijd is verrassend en opmerkelijk, omdat Dautzenberg zich ook presenteert als een overrompelende dichter (…) Een schitterende vondst, want hoewel op de laatste bladzijde van het boek het verhaal eindigt, ontrolt het slot zich in feite in het laatste van de tien gedichten: de verstrooiing van de as.

Univers:
Eerst lees je het verhaaltje over zoon, vader, voetbal, een familiegeheim en de dood als een cowboy. Bij de tweede lezing ga je genieten, van de perfecte stijl, de manier waarop fictie en werkelijkheid door elkaar lopen. Het psychologische portret van een Limburgse arbeidersfamilie, gezegend met een literaire zoon die zijn verdriet uitdrukt in een boek/dit boek. Extra tijd lijkt nergens op, is volkomen origineel, herkenbaar voor iedereen met vooroorlogse ouders, prachtig. (*****)

Cutting Edge:
Halverwege de roman wordt er overgeschakeld naar een filmische weergave: de gebeurtenissen worden letterlijk als een script neergeschreven. Als lezer wisten wij dit maar matig te apprecieren (…) Over de ganse lijn is Extra tijd wat ons betreft een beetje te kort geschoten. Meer vorm dan inhoud, minder verrassend dan verwacht (**)

TZUM:
Vrijheid van verbeelding en het kneden van de werkelijkheid zijn bekende pijlers onder het werk van de auteur. In Extra tijd is dat niet anders, maar nu is Dautzenberg veel ingetogener. De werkelijkheid die wordt betast en gevreesd betreft een aardse drang tot het verdringen van verdriet om een stervende vader. De verbeelding is een middel om messcherpe randen te verwijderen en de realiteit te vriend te houden. Een van de meest pijnlijke herinneringen wordt weergegeven als filmscript en vat de gebeurtenissen samen in enkele essentiele zinnen. Het is een vlucht in afstandelijkheid, maar juist door het vangen van de essentie wordt het verdriet concreet. Zonder opsmuk, groteske statements en met een doordachte, treffende verhaalconstructie komt Dautzenberg tot de kern.

Over boeken:
Hoewel autobiografisch is Extra tijd vooral een roman, een literaire roman. Dat wil niet zeggen dat het taalgebruik gekunsteld of ingewikkeld is, in tegendeel zelfs, Dautzenberg schrijft, zo lijkt het, recht uit het hart. Maar halverwege is er een onverwachte stijlbreuk die twee hoofdstukken lang duurt. In die hoofdstukken wordt het verhaal verteld als een filmscript. Een stijlbreuk die ik persoonlijk niet heel mooi vond, maar die ik wel begreep. Het schept afstand, een thema dat door het hele boek heen loopt. Mooi in contrast daarmee zijn de gedichten die in een aparte losse bijlage achterin het boek zijn toegevoegd. (****)

Leeslog:
Veel staccato-teksten, compleet tegengesteld aan Thomas Mann, die zeker hun uitwerking hebben maar toch te weinig beklijven. Een goed geconstrueerd boek, er had echter veel meer ingezeten (…) Het sterven van de vader en de na-competitie van Roda JC overstemmen te veel de familiaire spanningen die er ook zijn.

Boekenbijlage:
Extra tijd lijkt een voetbalroman, maar is het toch ook weer niet (…) Het boek is veel meer: het is het verhaal van een moeizame vader-zoon relatie (…) Extra tijd is een mooi geschreven roman over de allerlaatste levensfase die af en toe rauw is en zeker naar het einde toe je bezighoudt met allerlei vragen.

Cobra.be:
De provocatie en ironie die Dautzenberg in zijn eerdere werk zo typeerden, vallen hier nergens te bespeuren. Deze voetbalroman ontroert oprecht en is tegelijk een psychologische schets van een arbeidersfamilie in nood.

De Geus (Gent):
Extra tijd is meer dan een roman over voetbal. Het is een humaan en ontroerend portret van een moeilijke vader-zoonrelatie (…) Dautzenberg heeft met Extra tijd een pakkend portret geschreven van zijn vader. Een intrigerend eerbetoon (…) Extra tijd is een uitstekend boek over hoe een zoon uit een arbeidersgezin vervreemdt van zijn vader maar tijdens diens laatste levensmaanden helpt om hem een mooi levenseinde en een serene dood te geven. Geen mooischrijverij, geen opsmuk, geen complexe of lange zinnen, maar wel een mooi verhaal.

Scholieren.com:
Extra tijd is een originele, vlot geschreven roman over een vader-zoonverhouding. Ook is het een van de betere voetbalromans in de literatuur. Het sterfteproces van de vader loopt parallel met de slechte prestaties van Roda JC. Maar de keuze van de verteltechniek (waarbij de verteller speelt met fictie en werkelijkheid) tilt de roman duidelijk naar een hoger niveau. Ondanks de wat ingewikkelde structuur, is het boek goed te lezen en past het uitstekend in een themalijst met boeken over een vader-zoonrelatie.

Das Magazin Leesclub:
Ik ben gefascineerd door de voetbalwedstrijdverslagen. Ik vraag me af of delen op de werkelijkheid berusten. Ik heb totaal geen verstand van voetbal, maar ik vermoed dat veel namen van de voormalige Roda JC spelers kloppen. Ik meen begrepen te hebben dat ze zijn gemaakt met behulp van een deskundige op dit gebied. Ook vind ik de stukjes waarin het gaat over lichamelijke ervaringen van de hoofdpersoon boeiend en zeer beeldend, waaronder jouw quote, omdat het in het gezin onderling geweerd wordt, lichamelijkheid. Ik ben niet goed in passages, sorry, bij mij zijn het meer woorden of metaforen die me raken. Ik vraag me ook heel erg af, of er autobiografische elementen in zitten, omdat het zo dicht op de huid geschreven lijkt.

Het boek is als een coming of agefilm, met stukjes film, in film, in film. Hier wordt een jeugd gefileerd, glashelder. nergens zuur of zwaar en met onhollandse elementen en overgangen. Fris en fruitig. Ik ben ergens halverwege en het wordt steeds interessanter. Cowboys and Indians, remember, we’re very good at games.

Ik heb de zandruiterstukken gelezen en ook dit vond ik sterk gevonden. Een equivalent van de western is hier het strand, ook desolaat, waaierig en stoffig, weergegeven op papier als filmshots met exterieurs en interieurs, met luistertips (mediumswitch). Ook interessant is de invoer van de zwarte cowboy, ik meen eerst intern in een droom. Later manifesteert zich dit buiten de hoofdpersoon om in diens leven. Waar gaat het naartoe met deze veelvoudige persoonlijkheid die staat voor dood, angst, ongrijpbaarheid maar ook voor alterego.

Na herlezing van het boek heb ik besloten dat het niet interessant genoeg is om voor een uurtje naar Amsterdam af te reizen. Iedereen die wel gaat: veel plezier! Mijn uiteindelijke oordeel over het boek blijft wat ik na eerste lezing vond: bepaald niet slecht geschreven, maar te veel thema’s, te clichematig, te veel experimenten met de vorm. En voetbalverslagen, en zwarte vreemdelingen en regie-aanwijzingen en perspectiefwijzigingen. In mijn ogen is het qua constructie een tikje over the top. Verder vraag ik me af of de schrijver wel genoeg research heeft gedaan naar WOII en de tijd daarna. Dat waren echt andere tijden, of het nu ging om de beschikbaarheid van eten onder alle lagen van de bevolking of om de omgang met de tere kinderziel.

Ik heb het boek uit. ik vond het van het begin tot het einde lezen als een thriller. Spannend dus, en daar gaat. het maar om.Het zelfmoordthema en de antidepressiva, de snelle beurt, zeer actueel, evenals de aangehaalde tekst van Johnny Rotten: “I have no feelings for anybody else” “David Lynch light”. maar niet bang om te sterven, zoals het een echte warrior betaamt. Erg bedankt dat ik het boek heb kunnen en mogen lezen, ik weet niet of het anders op mijn pad was gekomen.

Ik heb het boek al een tijdje uit (lang leve de vakantie) en ik vond het een fantastische roman! Wat mij het meest opviel was Marcels kijk op zijn identiteit. Hij is constant bezig met zijn mannelijkheid (indianen huilen niet) en zijn afkomst (boerenjongen die universiteit gaat doen) en vooral hoe anderen hem zien. Vooral de rol van voetbal hierin is interessant. Hij voetbalt om te bewijzen dat hij nog steeds een dorpsjongen is, dat hij mannelijk is en om daarmee zowel zijn vader als het dorp te pleasen.

OBA-blog:
Een klassiek vader-zoon verhaal in een tamelijk modern jasje, dat mij, zoals Louis van Gaal zich dat tegen Spanje voorstelt, bij de strot greep. Weer eens wat anders dan een verhaal over verslaafde voetballers.